zondag 19 mei 2019

GFP (23) Weener - Stadt Leer

Afstand: 14 kilometer
Terrein: Over de dijk en door de stad Leer
Weer: Warm wandelweer met later op de middag onweer

Als Foekje Famke in alle vroegte uitlaat, is het al aangenaam warm. Dat is best lekker als je in een caravan slaapt, of zoals Hein de afgelopen nacht in een tentje hebt doorgebracht.
Het “Frühstück in zowel de caravan als het hotel gaan er wel in en omdat de finish Heute in Leer is, waar Jan en Foekje hun kampement hebben, is het aanrijden daarvan een peulenschil. De C-max wordt bij het treinstation, in een overdekte parkeergarage, gestald en vlotjes rijden we naar de start van de laatste etappe van het “Groot Frieslandpad”. We parkeren de auto op nagenoeg dezelfde plek als gisteren. Op het moment dat het hondje uit de auto springt komt er een zware tractor onder het spoorwegviaduct gereden. Famke rent er, al blaffend, achteraan; een gewoonte die ze op haar oude woonadres (boerderij) waarschijnlijk heeft aangeleerd. Gelukkig komt ze snel en ongedeerd terug.
Geen tractoren meer te zien?

Wat er tijdens de tocht gebeurde
We wandelen weer over het leuke fietspaadje langs het spoor en lopen onder de ruïnes van de “Friesenbrücke” door. Om de beurt wandelen Foekje en Jan samen met Famke onder aan de dijk (Foekje het meeste) en de Brouwers lopen op de kruin van de dijk. Het lopen gaat een stuk moeizamer dan over een verharde weg, maar het uitzicht op de dijk compenseert het “strompelen”. Omdat de rivierdijk door schapen wordt begraasd is het ook nog goed uitkijken dat je niet in een schapenkakje uitglijdt. 
Famke wil absoluut dat de groep bijelkaar blijft; waar blijft de "rest"?
Bij het plaatsje “Kloster Muhde” is een splitsing in de rivier. Het woord “Muhde” is afgeleid van het oudfriese woord “mutha” wat monding betekent. De Ems stroomt rechtdoor en van rechts mondt de de rivier “Leda” uit in de Ems. De rivier Leda is 75 km lang en ontspringt als Ohe in de gemeente “Spahmharrenstätte”.
Bovenop de dijk staat een bank met prachtig uitzicht over beide rivieren. Recht voor ons zien we de Jann-Berghaus-Brücke. Deze brug, die de verbinding vormt tussen Bingum en Stadt Leer, is vernoemd naar een voormalige president van de Ostfriesische Landschaft. Het is een basculebrug waarvan het klapgedeelte 63 breed is. Deze breedte is nodig om de grote schepen van Meyer Werft er langs te kunnen loodsen.
Koffie met uitzicht over de Ems en Leda
We wandelen verder. Bij het plaatsje Esklum wijkt de doorgaande weg, het pad dat met Famke gewandeld moet worden, van de dijk af en gaat dwars door het rustieke plaatsje. Het is een geluk dat je hier langs moet wandelen, want in het dorp heb je zo nu en dan schaduw, wat op de dijk ontbreekt. Vlak bij het punt waar de route over de rivier Leda gaat komt de club weer bijeen. 

De oversteek over de Leda gaat over het voetgangers-, fietsersgedeelte naast de spoorbrug. De vloer van dit gedeelte bestaat uit ijzeren roosters waar je doorheen kunt kijken. Als Famke anderhalve meter over het rooster is gelopen stopt ze. Ze wil niet verder en ook terug blijkt geen optie meer. Verstijfd blijft ze op het eerste rooster staan. Jan pakt haar op, legt haar over zijn schouder en loopt met haar naar de overkant van de brug, toch zeker 100 meter. Het hondenbeest mag misschien maar 25 kilo wegen, het is een “dood” gewicht en dat hakt er uiteindelijk best in.
Het is nog een heel gesjouw, zo'n hond

Aan de oever van de binnenhaven van Stadt Leer drinken we onze thee. Jan maakt hier en daar wat foto’s, tot hij door een man wordt aangesproken: “Ist das Ihr Auto, das Blaue? Het antwoord is “Nein, mein Auto steht am Bahnhof geparkt”. 

Via leuke straatjes met soms imposante huizen en andere gebouwen wandelen we uiteindelijk het centrum van deze mooie stad in. Het is voor een zondag gezellig druk op straat. De winkels zijn dicht, maar de eettentjes en ijscafé’s hebben de terrassen open.
De binnenhaven van Stadt Leer
We lopen voor het treinstation langs waar zojuist een buslading vol reizigers uit Groningen is gearriveerd. Vanwege het feit dat de spoorbrug over de Ems het niet meer doet worden reizigers tussen Groningen en Leer (en visa versa) met bussen vervoerd. Duitse “Zollbeambten” hebben zich inmiddels over de meute ontfermd. Een Duitse “Zollbeamte” gaat met een “Schäferhund” langs de bagage; waarschijnlijk op zoek naar drugs-gerelateerde smokkelwaar. Eén passagier wordt apart gezet; hij is het bokje.
Nog even een groepsselfie proberen te maken
Het is warm in Leer. Als we de parkeergarage binnengaan horen we het rommelen. De lucht begint bewolkt te raken. Er is onweer op komst. In de auto is het, omdat hij overdekt stond, heerlijk koel. 
Treinstation Leer; eindpunt van deze enerverende reis
In een mum van tijd rijden we de stad uit en pikken de rode Ford op. We gaan naar de camping om er een kopje koffie te drinken. De lucht is inmiddels behoorlijk donker geworden en het flitst en rommelt aan één stuk door. Bij aankomst bij de caravan wordt meteen de luifel voor de rijdende woning gesloopt. We kunnen hem beter zelf weghalen dan dat een windvlaag er straks mee vandoor gaat.  

Het begint te druppen en we gaan de caravan in en kruipen gezellig tegen elkaar aan. We drinken nog wat en halen nog wat mooie herinneringen op van de geweldig mooie wandeltocht die we drie kwartier geleden hebben beëindigd. Wat was leuk, wat was minder leuk. Ach, herinner je je dat nog?
Snel de boel opruimen, de lucht staat als een "brijwagen"
Maar helaas, aan alle moois komt een eind. Gelukkig zijn we nog niet uitgewandeld. We hebben nog een paar etappes van het Noardlike Fryske Wâldenpaad te gaan en er ligt thuis, wat wandelingen betreft, nog genoeg op de plank. 

Als het even wat droger is stappen Foekje, Hein en Jan op en verlaten Hotze en Tineke die morgen pas terugrijden. Famke ligt achterin de auto in haar bench te slapen. 


Het Groot Frieslandpad is klaar. Alle foto’s kun je bekijken als je op deze LINK klikt.

Vertrek Grou: n.v.t.
Start wandeltocht: 09:30 uur
Finish wandeltocht: 15:30 uur

zaterdag 18 mei 2019

GFP (22) Diele - Weener

Afstand: 15 kilometer
Terrein: Over de dijk en langs scheepswerf Meyer in Papenburg
Weer: Heerlijk wandelweer. Misschien zelfs iets aan de warme kant.

Hein, Foekje, Famke en Jan vertrekken vroeg uit Grou om naar de camping in Duitsland te rijden waar Hotze en Tineke al een paar dagen verblijven en Tineke de koffie bij onze aankomst klaar belooft te hebben. De buren van nummer zeven hebben hun kampement opgeslagen op Freizeitpark Am Emsdeich in Westoverledingen, een tiental kilometers ten zuiden van de Stadt Leer. In de caravan drinken we koffie. Het hondje moet in de auto blijven omdat zij niet op de camping mag. 
Na de koffie zetten we koers richting de plek waar we vandaag onze wandeltocht zullen eindigen. De Ford C-max wordt op een parkeerterreintje naast de spoorlijn Groningen-Leer, nabij het gehucht Grotegaste gestald. De wandelspulletjes worden omgepakt naar de rode Ford. 
Het aanrijden van de start van vandaag is ietsjes lastig. De start is namelijk op de westelijke oever van de Ems, terwijl de finish op de oostkant is. Via Papenburg en Diele wordt de startauto op nagenoeg dezelfde plaats als de laatste keer, langs de Emsdijk geparkeerd.
En we zijn gelukkig weer onderweg
Wat er tijdens de tocht gebeurde
Het eerste deel wandelen we onderaan de dijk richting Papenburg. Na ongeveer 2 kilometer mag Famke niet verder. Er volgt een deel waar honden niet zijn toegestaan. Het is trouwens zo dat honden sowieso niet op de Emsdijk mogen; nergens! En omdat er onderaan de dijk geen weg is moet Famke een stukje omlopen. En omdat ze dat niet alleen kan (ze is hier immers onbekend) loopt Jan met haar mee. 
De wandelclub komt in het dorpje Vellage weer bij elkaar. Voor de dijkwandelaars duurde de separatie 1 kilometer en voor Famke en Jan waren het 2 kilometer. 
Meyer Werft; nu steken we de rivier de Ems over
Meyer Werft
Bij “Halte” steken we via de brug de rivier de Ems over richting de zuidelijkste zeehaven van Duitsland, Papenburg. De stad ligt ver van zee, maar door een open verbinding via de getijderivier de Ems is het toch een zeehaven. Papenburg is bekend van de in 1795 opgerichte “Meyer Werft”, waar immense cruiseschepen worden gebouwd. De gebouwen van de scheepswerf Meyer zijn enorm. De bouw van de schepen vindt plaats in twee overdekte bouwdokken, Halle 5 (307m lang en 60m hoog) en Halle 6 (504m lang en 75m hoog), die tot de grootste ter wereld horen. Een derde grote hal wordt gebruikt voor het snijden van de staalplaten. 

Het formaat van de gebouwde schepen is de afgelopen honderd jaar fors toegenomen. In 1927 werd het schip “Frisia I” gebouwd, groot 504 brt. Het laatst gebouwde schip (2019) was de “Costa Smeralda”, dat met 185.010 brt aanzienlijk zwaarder is. N.B. “brt” is in dit verband de afkorting voor “bruto registerton” en heeft, al doet het anders vermoeden, niets met gewicht maar met inhoud te maken. Eén brt is 100 f3oftewel 2,83 m3
Het slepen van schepen naar open zee heet een “Emsüberfürung”. Dan worden schepen bij hoogwater achterwaarts naar zee gesleept.

Oemgeboeng
Een groot cruiseschip ligt er aan de kade. Er worden verschillende foto’s gemaakt. Bij de sluizen (Dockschleuse), die toegang bieden tot de havenkom van Meyer, drinken we op een bankje (met uitzicht) onze koffie. Het is warm en elk vleugje wind is welkom. Op een gegeven moment vraagt Tineke, wat het woord “oemgeboeng” betekent en wijst op een waarschuwingsbord waarop het woord “Umgebung” te lezen is……….
Wel uitkijken waar je loopt Hein! Er lopen schapen op de dijk en die geven een hoop shit
En verder gaat het langs de Ems. Het wandelt moeilijk op de kruin. Famke blijft tot haar ongenoegen onderaan de dijk. Ongeveer ter hoogte van Mittling drinken we, al zittend in het gras, onze thee. Het is warm en wie wil kan even de oogjes dichtdoen. Aan ons voorbij varen zandzuigers die de rivier, om grote boten te kunnen laten passeren, op diepte houden. 

Een brug die geen brug is
Als we bijna aan het einde van deze etappe zijn, komen we bij de spoorbrug over de Ems; de “Friesenbrücke”. Hoewel spoorbrug?! Eigenlijk is er geen sprake van een spoorbrug. De brug werd in de avond van 3 december 2015 om 18:40 uur geramd door vrachtschip “Ms Emsmoon”, waardoor de brug voor onbepaalde tijd gesloten is voor alle verkeer. Het beweegbare middendeel van de brug is verwijderd. 
Er mist al jaren een stukje brug
We zijn inmiddels vier jaar verder en nog steeds is niet bekend wanneer een nieuwe brug klaar zal zijn. De bouw zou in 2020 kunnen starten zodat de heropening vermoedelijk pas in 2024 is. Het wordt echter betwijfeld of de treinverbinding tussen Groningen en Leer dan is hersteld. Als het tegenzit kan het nog wel tien jaar duren. Maar dat er een nieuwe brug komt staat buiten kijf. Het is de bedoeling dat deze brug, met een lengte van 160 meter, de grootste draaibrug van Europa wordt.
Hier is al jaren geen trein meer gepasseerd
We wijken van de rivierdijk af en wandelen via een mooi fietspaadje naar de auto. 

Schnitzel
Nadat de startauto is gehaald gaat eenieder zijns weegs. De familie Brouwer gaat naar de camping en De Haan cs rijden naar hun gerieflijke hotel “Lange” in de Stadt Leer. 
Als iedereen een verfrissende douche heeft gehad komen de Brouwers ook naar het hotel, alwaar op het heerlijk warme terras een paar lekkere “Weißen” worden genuttigd. Vervolgens schuiven we aan aan het diner waar stevige schnitzels worden geserveerd. Na een copieuze maaltijd keren de campinggangers terug op hun schreden. Foekje en Jan laten Famke nog even uit. 
  
Heb je zin om alle foto’s te bekijken? Klik dan op deze LINK

Vertrek Grou: 07:30 uur
Start wandeltocht: 11:00uur
Finish wandeltocht: 15:40 uur



zondag 12 mei 2019

NFW (05) Damwâld - Aldwâld

Afstand: 15 kilometer
Terrein: Onverharde paden, smalle fietspaden en rustige verharde wegen. 
Weer: Wederom heerlijk wandelweer; licht bewolkt en met 20 graden erg aangenaam. 

Natuurlijk drinken we eerst koffie op It Roer nummer zeven.

We hebben met vriend Willem Kroodsma (onder intimi WAK genoemd) in Aldwâld afgesproken dat we de finishauto op zijn erf aan de Allemawei komen parkeren. Zo gezegd zo gedaan. De C-max wordt op het grote parkeerterrein achter de boerderij geposteerd. Veiliger kan het karretje niet staan dan hier, of hij moet door de beton in de mestkelder kukelen. Het is niet ver naar de start, maar toch enigszins moeilijk aan te rijden. In Damwâld wordt Brouwer’s vihicule langs de Haadwei geparkeerd.

Wat er tijdens de tocht gebeurde
De start gaat achterlangs de Sionskerk. We moeten meteen een weiland door, alwaar een paar pony’s met hun veulentjes staan te pronken. De eerste foto’s van vandaag zijn snel gemaakt. 


We stappen het “Halepaad” op. De “Hale” is een zandrug ten zuiden van de stad Dokkum. De zandrug ligt tussen de kleigrond aan de noordkant en het veengebied aan de zuid- en westkant. De dorpen Damwâld, Broeksterwâld, De Valom, Driesum en Wâlterswâld liggen op deze zandrug. Glaciale- (werking van gletsjers en ijskappen) en eolische (door wind) processen hebben in het Laat-Pleistoceen (van 2.580.000 miljoen tot 11.700 jaar geleden)en Holoceen (van 11.700 jaar geleden tot nu) het landschap gevormd. De relicten van deze processen zijn nu nog in het landschap aanwezig. Het gebied ligt gemiddeld 1,5 meter boven NAP. Er komen veel dobben voor die vooral uit pingoruïnes zijn ontstaan. 
Een juweeltje
Hagebosk en piipkrûd
Van het ontstaan van deze omgeving merk je niks. Wat we wel zien is dat de natuur in opperste bloei verkeert. Overal bloeien pinkster- en paardenbloemen en laten de boomwallen zich van hun mooiste kant zien. De meidoorn (in het Frysk hagebeam of hagebosk) en fluitenkruid (piipkrûd of hûnestank) staan overal te pronken. Het wandelen is vandaag een feest.
De natuur is op zijn mooist
Aan de rand van een weiland vol met paardenbloemen en rondom ons veel bloeiende bomen en planten staat een bankje waar we onze koffie nuttigen. Als we nog maar net op pad zijn valt het de mede-wandelaars op dat Hein zijn rugzak lekt!! Wat is er aan de hand…? Snel gooit de jongste wandelaar van het gezelschap de tas van zijn schouders. De dop van de grote waterfles (in de volksmond “de tank” genoemd) is losgeraakt en heeft ervoor gezorgd dat de inhoud nu dubbel-blank staat. Snel giet Hein zijn tas leeg. Door dit snelle handelen blijft de schade gelukkig beperkt en kunnen we na dit toch wel vermakelijke incident verder.
Echt verbazingwekkend hoeveel water er nog in zo'n rugtas gaat
Ontmoeting
Willem had vanochtend, toen we de auto bij hem parkeerden, al aangegeven dat hij misschien ook even een wandelingetje zou gaan maken. En zie daar; daar komt hij al aangelopen. Hij heeft “de sokken erin”. Hij merkt op dat hij onderweg naar huis is en dat  hij straks, als wij arriveren, voor koffie zal zorgen. Toppie Willem.
Via een wandelbrug steken we de “Nije Feart” over. Deze vaart maakt deel uit van de vaarweg tussen de Burgumer Mar en Dokkumer Nieuwe Zijlen en is begin vorige eeuw gegraven om het Fryske boezemwater op het Lauwersmeer (vroeger Lauwerszee) te lozen. 

Grutto’s en kieviten
In de nabijheid van Westergeest wandelen we door een kunstmatig natgehouden weidelandschap. Kieviten en grutto’s vliegen ons bijna in de haren als we hun nesten met eieren of kroost op te korte afstand passeren. Zo hoort Nederland te zijn, stellen we met zijn allen vast; kieviten en grutto’s…
In het Friese landschap horen natuurlijk niet alleen gruto's en kieviten
In Westergeest blijven we even bij de kerk staan kijken. Zoals alle dorpen op de noordelijkste zandrug van Fryslân is ook Westergeest een gedateerd dorp; waarschijnlijk in de middeleeuwen ontstaan. In 1333 werd het dorp vermeld als “Ghaest”. In 1467 wordt het voor het eerst Westergast genoemd. De plaatsnaam duidt oorspronkelijk op het Oudfriese woord “gast” (geest), wat hoger gelegen zandgrond is dat ontgonnen was. De latere toevoeging “wester” werd blijkbaar toegevoegd om het te onderscheiden van het “Wijgeest”, dat ten oosten van het dorp lag.  

We wandelen door het dorp en komen langs de camping “Oan’e Swemmer”. We stellen met zijn allen vast dat dit toch wel een “tokkie-camping” moet zijn. De stacaravans staan “deun” op elkaar en overal is aanbouw gepleegd. Op de vraag aan Tineke of dit niet een leuke camping voor haar is roept ze het uit: NEE!!
De Boskreed
In een weiland, vlak voor Aldwâld drinken we onze thee. Misschien niet meteen de leukste plek om thee te drinken, maar het houdt geen pas als we straks met onze heet-waterflessen bij de auto arriveren. Bovendien, Willem heeft de bar open.

Via de Boskreed en de Feartsichtwei komen we op de Allemawei, alwaar Willem domicilie heeft. De Allemawei is genoemd naar de Allema State, welke nog steeds bestaat. Deze “zaalstins” is waarschijnlijk eind 15eeeuw gebouwd door Redmar heer Allema. Een voornaam buurtje, zullen we maar zeggen. 

Ronde tafel
Aan een ronde tafel, eigenlijk een grote houten rol voor kabels of slangen nemen we even plaats. De dames ontdekken de kledingcollectie in de “skuorre”. Misschien doen ze de volgende keer wel een bestelling.
Zijn dit de moderne "ridders van de ronde tafel"

Vind je het leuk om onze foto’s van het Noardlike Fryske Wâldenpaad te bekijken? Klik dan op deze LINK

Vertrek Grou: 10:15 uur
Start wandeltocht: 11:30 uur
Finish wandeltocht: 16:15 uur



zondag 21 april 2019

NFW (04) Aldtsjerk - Damwâld

Afstand: 16 kilometer
Terrein: Onverharde paden, klinkerwegen en smalle fietspaden. 
Weer: Heerlijk wandelweer; een stralend blauwe lucht en 20 klein nulletje C. 

We verzamelen ons op het adres It Roer nummer 7. Dat doen we tijdens deze Noardlike Fryske Wâldenpaad eigenlijk altijd al. We drinken er koffie. Foekje heeft citroencake gebakken die, ondanks dat het enigszins citroenig van smaak is, er als zoete koek ingaat. We nemen onze tijd. Het wordt een prima dag.

Zoals altijd wordt de finish-auto naar zijn plaats gereden. In eerste instantie is gekozen voor het parkeerterrein bij de Sionskerk in Damwoude. Maar als we daar arriveren is het niet duidelijk of de parkeerfaciliteit wel de hele dag open blijft, of dat men de hekken na de kerkdienst gaat sluiten. Om helemaal veilig te zijn wordt de C-max langs de Haadwei geposteerd. In de rode Focus rijden we naar de “Zwarte Singel” in Aldtsjerk . Omdat er weinig ruimte is om te parkeren heeft Hotze in een handomdraai (of stuuromdraai) een plekje gevonden. We kunnen weer los.
We steken de Klaas Douweswei over en stappen de natuur in.....
Wat er tijdens de tocht gebeurde
We steken de Klaas Douweswei over en stappen de natuur in. Onverharde paden voeren ons langs in bloei staande rododendrons. Dit gebied wordt het “Oudkerkster Oudland” genoemd. “Oudlanden” zijn gebieden die als eerste bedijkt werden (vanaf ongeveer 1100 na Chr.). Ze bestaan uit lage natte gronden en hoger gelegen kreekruggen. Omdat het getij hier nauwelijks invloed had, waren met name kreekruggen de eerste bewoonde delen, die samen met de natte delen omdijkt konden worden. 

Readtsjerk
Het zonnetje staat al hoog aan de hemel en het is heerlijk wandelweer. De zandpaden gaan over in klinkerweggetjes en we passeren het kerkje (Hervormd) van Readtsjerk. Het staat letterlijk en figuurlijk op de rand van de “Trynwâlden” op een zandrug uit de laatste ijstijd. Het kerkje was in de middeleeuwen nog omgeven door moeras en veen, maar de monniken van het klooster “Claerkamp” in Rinsumageest hebben de veengebieden ontgonnen. Het klooster gebruikte het kerkje als uithof (kloosterboerderij). 
Het kerkje van Readtsjerk is een van de oudste kerken in Fryslân
Aan het einde van de 11e/ begin 12eeeuw bouwden de bewoners van Readtsjerk een sober Romaans kerkje in hun dorp. Zoals veel kerken in Fryslân was ook dit kerkje gewijd aan de Heilige Martinus. Fryslân, ten westen van de Lauwers, behoorde toe aan het bisdom Utrecht, die Sint Martinus als heilige vereerde. 
Waarschijnlijk ontleent het dorpje Readtsjerk (Roodkerk) haar naam aan de kerk. De oud-Friese benaming “da Rada tzerka”, die hier in 1422 als kerknaam voorkwam, is waarschijnlijk afgeleid aan de kleur van gebruikte bakstenen die, zoals wel meer voorkwam, rood gesausd waren. 

We wandelen in oostelijke richting, verlaten de zandgronden en komen in een groot veengebied terecht. Stonden we bij het kerkje van Readtsjerk nog boven zeeniveau, in het veengebied wandelen we er meer dan een meter onder.

Dit gebied wordt in de volksmond het “Bûtefjild” genoemd; een uitgestrekt veengebied waar in de 15eeeuw turf werd gewonnen door schiere monniken. Deze monniken waren afkomstig van de uithof de “Schierstins“ in Feanwâlden; behorende bij het klooster Claerkamp. In de crisisjaren van de vorige eeuw en tot na de Tweede Wereldoorlog werd het gebied ontgonnen door de N.V. Ontginningsmaatschappij De Drie Provinciën. Onder andere dankzij de toenmalige eigenaren, de heren Ottema en Wiersma, is een groot deel van het gebied gespaard gebleven en heeft nu de status van Reservaat. 

Geen honden toegestaan
Omdat we midden in het broedseizoen zitten, mogen we niet door een deel van het Reservaat. Honden zijn tijdens de broedperiode niet toegestaan, dus wandelen we langs de verharde Ottemaweg. Langs de oevers van “It Waaigat” drinken we (uit de wind en in het warme zonnetje) onze koffie. Het is een heerlijk plekje.
In de zon en uit de wind is het hier heerlijk koffiedrinken
Langs de petgaten “De Wiel” en de “Lodde hel” wandelen we verder. De route door de gebieden “Bouwe Pet” en “Het Houtwiel” gaat over een verhard fietspad. Voordeel is dat het stevig doorstapt; nadeel is, dat we met grote regelmaat in de berm moeten om fietsers te kunnen laten passeren. Pas bij “It Goddeloas Tolhûs” verlaten we het drukke fietspad. 

Goddeloos
Het goddeloze tolhuis is de naam van een voormalig tolhuis aan de “Goddeloze Singel” langs de Valomstervaart. Het huis is in 1934 afgebroken en is er een boerderijtje voor in de plaats gekomen. 
In vroeger tijden zou dit een ongure plek zijn geweest. Er doen tientallen spookverhalen de ronde over zowel het tolhuis als de bijbehorende Goddeloze Singel en het bruggetje “De Skillige Piip”. Schrijver Teun de Vries, die in Feanwâlden is opgegroeid, verhaalt in zijn werk van deze plek. 
Omstreeks 1900 zou in het tolhuis een weduwe hebben gewoond die de mannelijke voorbijgangers niet alleen een slokje verkocht, maar ook een “winkeltje onder haar rokken” had. Ze zou wel twaalf kinderen hebben gekregen, van wie een aantal een onbekende vader hebben.

Bouillon ipv thee
Even verderop nemen we een korte pauze. Door het ontbreken van bankjes nemen we plaats in de berm van de verharde weg en drinken, vanwege de warmte, dit keer geen thee maar een bouillon om het zoutverlies aan te vullen. 
Het is nog een “hoannetrêd” naar de auto in Damwoude. Het valt ons op dat de natuur wakker wordt en meer kleur krijgt. Her en der dartelen lammetjes in de wei. Het wordt voorjaar.
Het is nog een "hoannetrêd" naar Damwâld
Heb je zin om onze foto’s van het Noardlike Fryske Wâldenpaad te bekijken? Klik dan op deze LINK

Vertrek Grou: 11:00 uur
Start wandeltocht: 12:00 uur
Finish wandeltocht: 16:40 uur



zondag 7 april 2019

NFW (03) Hurdegaryp - Aldstjerk

Afstand: 15 kilometer
Terrein: Onverharde paden, klinkerwegen en smalle fietspaden. 
Weer: Heerlijk wandelweer; heel licht bewolkt en 20 graden. Kortom: kortebroekenweer.

De finishauto wordt in Aldtsjerk langs de “Zwarte Singel”, (een wandelpaadje) geparkeerd, in de schaduw van kolossale beukenbomen. De autorit naar de start is slechts een “hoannetrêd”.

Wat er tijdens de tocht gebeurde
We wandelen over een dijk langs het water van de “Bouwepet”. Het dijkje maakt dat we over het landschap uit kunnen kijken. Veel eenden foerageren in het voedselrijke water. Maar van kievieten is wederom geen sprake. Waar zijn die prachtige weidevogels toch gebleven, vragen we ons voor de zoveelste keer af. Wel zwemt er een flink aantal zwanen in het prachtige blauwe water, waarvan een aantal zich gewillig laat portretteren.  

Scandinavië?
Vlak voordat we het natuurreservaat verlaten komen we langs een Geologisch Monument. Het monument is gemaakt van zwerfkeien die in de voorlaatste ijstijd (150.000 tot 100.000 jaar geleden) door landijsgletsjers uit Scandinavische streken zijn meegevoerd. De zwerfkeien zijn tijdens de ruilverkaveling in 1996 in de omgeving gevonden en in het monument verwerkt. Ze vormen de landen Noorwegen, Zweden en Finland. Op een plaquette bij het monument staat:

Van Finland, Zweden en daarneven,
Liggen hier de stenen wijd verspreid.
Door ijsgeweld van daar verdreven
In een lang vervlogen tijd.
Rotsen werden stenen, leem en zand.
De keien vormen hier hun moederland.

Geologisch Monument Scandinavië
We vervolgen onze route dwars door Scandinavië en wandelen via een klinkerweggetje richting Mûnein. We bevinden ons nu in “de Trynwâlden”; een zandrug in het Friese landschap. De naam Trynwâlden is waarschijnlijk een afgeleide van “Thrimwalda” wat in oud Fries zoiets betekent als “in de drie wouden”. 
Echter volgens een sage is de naam afgeleid van Tryntsje wâlden, naar Tryntsje (Catharina), een rijke vrouw, die zeven boerderijen en zeven zonen zou hebben gehad. Elk van deze zonen zou na haar dood een van de boerderijen hebben geërfd en op deze locatie een dorp hebben gesticht. Zo zou de oudste, genaamd Alde, Aldtsjerk hebben gesticht. Haar andere zonen - Oene, Reade, Wynse, Gyke, Rypke en Tyte -zouden Oentsjerk, Readtsjerk, Wijns, Gytsjerk, Ryptsjerk en Tytsjerk hebben gesticht.

De natuur ontluikt
Via zand- en fietspaden slingeren we tussen de dorpen in de Trynwâlden door. Vlak onder Oentsjerk vinden we een bankje uit de wind en in de zon. We drinken er onze koffie en happen onze broodjes. Het valt op dat de bosschages al wat groen worden: de natuur ontluikt.

We komen door Gytsjerk en langs de “Praktijkboerderij” in Oentsjerk. Tenminste, zo heette het vroeger. Het draagt nu de naam: “Dairy Academy Oenkerk”, maar de Praktijkboerderij bestaat niet meer. De landerijen zijn een paar jaar geleden allemaal verkocht. De opstallen doen nu dienst als manege en goederenopslag.
De tuin van Roodbaart bij Staniastate
De route gaat ook door de tuin van Staniastate. Deze “stins” dateert van 1843, nadat een brand de residentie in 1813 volledig had verwoest. Het eerste slot dateerde van het begin van de 16eeeuw in opdracht van de naamgever Jeppe Stania. Aan het einde van de negentiende eeuw was de State een zomerresidentie van de famile Van Welderen Rengers, die in de winter in hun stadswoning in Leeuwarden verbleven.
De tuin rondom de State werd aangelegd onder leiding van de beroemde Lucas Pieters Roodbaart. We wandelen om de vijverpartij heen en riskeren te worden ondergekakt door Blauwe Reigers die hoog in de bomen hun nesten hebben gemaakt. De grond is wit-grijs van de shit.

Café met de balk
Door de bosachtige omgeving zetten we koers richting de finish. In Aldtsjerk komen we langs het “ijscafé met de balk”: Café Moarkswâl. Op de plafondbalken in het café staan de namen van de personen die als eerste over ijs vanuit Leeuwarden bij het café arriveren. Een traditie die al meer dan 100 jaar oud is. Het is erg jammer dat alle namen verloren zijn gegaan met de brand in 1982, maar gelukkig is het grootste aantal met behulp van oud kastelein Woudstra weer in ere hersteld.
De beroemde brug over de "Moark"
We nemen even tijd om heen en weer over de oude ophaalbrug over de Moark te lopen. Onder dit bruggetje door komen de elfstedenrijders als ze van Dokkum onderweg zijn naar Leeuwarden. Jan kan zich nog herinneren hoe hij deze brug tijdens de Elfstedentocht van 1985 als horde nam. Omdat het dooiweer was, was het niet mogelijk om onder de brug door te schaatsen. Er stond te veel water op het ijs en er moest gekluund worden. 

Slaapexperience
Ook maken we een detour door de tuin van State “De Klinze”. De oudste vermelding dateert van 1567. In dat jaar woonden Johannes van Heemstra en zijn vrouw Jantien Hendriksdr in het huis dat toen “oppe Clincke” heette.

“Oppe Clincke” heeft twee betekenissen. In de eerste plaats: gelegen op (de top van) een zandrug of heuvel in moerassig gebied. Dat klop in dit geval, want De Klinze staat op het hoogste punt van de zandrug waar Aldtsjerk op is gebouwd. De tweede betekenis is: de mooiste plek. En ook daar zit een kern van waarheid in. 
"Oppe Clincke"
Nadat het gebouw jarenlang dienst heeft gedaan als hotel-restaurant is het nu in handen van beddenzaak Van der Meulen. Vijf suites zijn ingericht voor een 'slaapexperience' voor klanten van de beddenwinkels. Je kunt er komen proefslapen op een wel hele unieke manier.

De route leidt ons door de prachtige tuin met vijver. En via de majestueuze Zwarte Singel komen we na een prachtige wandeling aan bij de finishauto. 
  
Heb je zin om onze foto’s van het Noardlike Fryske Wâldenpaad te bekijken? Klik dan op deze LINK

Vertrek Grou: 10:00 uur
Start wandeltocht: 11:25 uur
Finish wandeltocht: 16:00 uur


zondag 17 maart 2019

NFW (02) Burgum - Hurdegaryp

Afstand: 15 kilometer
Terrein: Onverharde paden, smalle geasfalteerde fietspaden en in de buurt van Noardburgum een stuk langs de drukke N355. 
Weer: Licht bewolkt met een stevige westenwind. De temperatuur ligt rond de tien graden.

De start van het Noardlike Fryske Wâldenpaad is, als in het routegids staat omschreven, eigenlijk in Burgum. Maar zoals al in ons vorige verslag al is verwoord, hebben we ervoor gekozen om, om praktische redenen, de tocht ergens anders te beginnen. Hotze kan als gids en “route-lezer” vandaag vooraan in de gids beginnen.
Maar we beginnen traditiegetrouw met koffie en dat doen we voor ons vertrek op het adres It Roer nummer 7.

Wat er tijdens de tocht gebeurde
De finishauto staat vandaag op een parkeerterreintje langs de Ottemaweg boven Hurdegaryp geparkeerd. In een “jiffy” zijn we daarna in Burgum. Omdat het vandaag zondag is en de winkels niet open zijn, kunnen we op het grote parkeerterrein op “De Markt” onze auto kwijt. Zoals gewoonlijk is het voor Hotze weer een dilemma om op het grote lege plein een “geschikt” plekje te vinden. Maar gelukkig staagt hij daarin.
Koffie op! We kunnen weer.....
Burgum is de hoofdplaats van de gemeente Tytjerksteradiel en is volgens velen een gezellig dorp. “De Tegenwoordige Staat of Historische Beschryvinge van Friesland” meldde in 1787 dat het was: ‘een aanzienlyk dorp […]. De Kerk van dit dorp is een Kruiskerk, […] naby dezelve was weleer gelegen het ryke Bergumer Klooster, met naame Bergklooster, hetwelk, ten Noorden, met zyne aanzienlyke plantagien aan ’t Kerkhof grensde. Niet verre van hier heeft men de buurt Nyestad; doch de voornaamste dichte buurt ligt in ’t Westen, en is met veele aanzienlyke huizen en welgevloerde straaten voorzien.

In 1580 ging het klooster in eigendom over aan de provincie en deze maakte bekend dat ieder het klooster mocht afbreken. Later bij resolutie van 6 november 1581 werd o.m. besloten dit klooster af te branden, "opdat de vijanden (Spanjaarden) daarvan geen roofnesten make".

Welgevloerde straaten
Over één van deze “welgevloerde straaten”, stappen we het dorp door. We passeren de kruiskerk, waarvan wordt geschreven dat deze kort na 1100 moet zijn gebouwd. De kerk is toegewijd aan Sint-Martinus. Aanvankelijk was het maar een klein kerkje, maar met name door invloed van het, net ten noorden ervan gelegen klooster, is het gedurende eeuwen steeds weer iets vergroot. De verschillende soorten gebruikte bakstenen geven vrij nauwkeurig weer wat er in welke periode is bijgebouwd. 
Broekspijpen omhoog dan maar
In het buurtschap “Nieuwstad” verlaten we de klinkerweg slaan we een pad in dat op een gegeven moment zo modderig wordt dat de broekspijpen omhoog moeten. Bij een klein vennetje drinken we, al zittend op een betonnen bak, onze koffie en eten de eerste broodjes. De pauze is vroeg vanochtend.

Toutenburg
Even later lopen we langs het terrein van voormalig “Nieuw Toutenburg”. In 1959 opende hier het eerste Nederlandse Verpleeghuis voor ouderen met psychiatrische problemen haar deuren. Het huis had een pioniersrol in de behandeling en verzorging van dementerende ouderen. ‘Geestelijk gestoorden' werden in de eerste helft van de negentiende eeuw nauwelijks als patiënten gezien. Ze werden meer als misdadigers dan als zieken behandeld. Friesland is de eerste provincie met een groot tehuis voor de verpleging van ‘geestelijk gestoorde bejaarden, die in een vergevorderd stadium zijn.’ 
Gelukkig denken we tegenwoordig anders. Het tehuis is gesloopt en op het terrein staat nu een nieuwe woonlocatie, waar gespecialiseerde zorg wordt geboden aan  mensen met het syndroom van Korsakov en voor ouderen met psychiatrische problemen.

Scherjontsjes
In Noardburgum wandelen we langs de klompenmakerij van Scherjon. Hier worden nog alle dagen klompen gemaakt. Daarnaast is er een klompenmuseum, waar de geschiedenis van Nederlands oudste schoeisel wordt geduid. Klompmaker Scherjon is vooral bekend om de productie van “Fryske Learkeklompen”, een voor de streek zo typerende klomp: “Scherjontsjes”. Jan weet iets te vertellen over het maken van klompen. Zijn vader is vroeger klompmaker geweest en zelf draagt hij, tot op de dag van vandaag, geregeld learkeklompen.

Bij Quatrebras (het Franse woord voor kruispunt) is het qua verkeer even wat drukker. We wandelen langs de Rijksstraatweg van Leeuwarden naar Groningen (N355). Maar gelukkig wordt het al snel weer rustiger als we richting de ‘Foksegatten” wandelen.

Bij restaurant “Dûke Lûk” in Feanwâldsterwâl, willen we een kopje koffie drinken, maar helaas de hond mag niet mee naar binnen. Nou, dan niet; en we wandelen verder. 
Tegen de wind in
Dooie muis
Nadat we onder de spoorlijn Leeuwarden - Groningen zijn doorgelopen komen we in de volle wind. Het is dan weliswaar zonnig, maar de harde wind maakt dat de gevoelstemperatuur laag is. De route is hier een verhard fietspad (Koekoekspaad) dat aan weerszijden wordt geflankeerd door brede sloten. Hier kunnen we Famke wel even los laten lopen. Het hondje draaft voor ons uit. Plotseling blijft ze staan en met katachtige sprong duikt ze de berm in. Hap! Een muisje. Jan probeert te redden wat er te redden valt, maar het diertje heeft de voor hem onverwachte aanval niet overleefd.

Bovenop het uitkijkpunt bij het Ottema-Wiersma reservaat bezetten we de bankjes om onze thee te drinken. We zijn bijna bij de finish van vandaag, dus dat kan nog mooi even. Vanaf de heuvel hebben we mooi uitzicht over de “Sippen-finnen”. Vanuit de bosjes aan de overkant van de vaart komt plotseling een groep Exmoorpony’s tevoorschijn. Al grazend komen ze onze kant op, maar besteden geen aandacht aan onze aanwezigheid. 
Thee met uitzicht
Nog een klein stukje tegen de wind in en dan zijn we bij de finishauto. 

Heb je zin om onze foto’s van het Noardlike Fryske Wâldenpaad te bekijken? Klik dan op deze LINK

Vertrek Grou: 12:00 uur
Start wandeltocht: 12:45 uur
Finish wandeltocht: 16:45 uur


zaterdag 2 maart 2019

NFW (01) Earnewâld - Burgum

Afstand: 15 kilometer
Terrein: Eerst onverharde paden. Later smalle binnenweggetjes met hier en daar wat asfalt. 
Weer: Aanvankelijk iets bewolkt, maar gaandeweg de tocht komt de zon er lekker door. De temperatuur ligt rond tien graden.

Hè, eindelijk is het dan zover..... Een paar weken geleden is de afspraak al gemaakt dat we vandaag een wandelingetje gaan maken. We laten het weer bepalen welke wandelroute we nemen en waar we starten. Lees voor het verhaal over welke keuzes we kunnen maken onze vorige weblog.

Pannenkoekwafels
Het is zaterdagochtend, negen uur, als de deurbel op het adres It Roer 9 een irritant geklingel laat horen. Het is buurvrouw Tineke die de vraag poneert of de stapperij van vandaag wel doorgang moet vinden. Buienradar laat een omvangrijk motregengebied zien waarvan wordt verwacht dat dat pas in de middag is overgetrokken. Willen we ons nat laten regenen….? Nou nee, eigenlijk niet.
Tineke biedt, ter substitutie van het wandelen, aan om wafels te bakken. Zo’n voorstel kunnen we natuurlijk niet afslaan en daarom zitten we een uur later met zijn vijven op nummer 7 aan koffie met heerlijke pannenkoek-wafels. We praten wat, drinken een kop koffie, we nemen een wafeltje………… en dan breekt plotseling de zon door. 

Unaniem ja
Volgens de buienradar moet het op dit moment regenen, maar dat doet het dus niet. Dan borrelt bij een ieder de vraag naar boven: “Zullen we toch nog maar gaan wandelen?”
De stemming over wel of niet wandelen resulteert in een unaniem “ja”, zodat een kwartier later de beide Fordjes van de gezamenlijke oprit afrijden, op weg naar de start van alweer een nieuw “avontuur”.

Links het bos en rechts de rietvelden
Jan heeft de route inmiddels op zijn GPS ge-upload. We starten net ten noorden van Earnewâld. Volgens het routeboekje is dit eigenlijk de laatste etappe van het NFW-pad, maar vanwege het feit dat het gebied hier, vanwege het vogelbroedseizoen, binnenkort voor het publiek wordt afgesloten doen we deze wandeling maar als eerste. Bovendien staat er een flauw westenwindje; en die hebben we lekker in de rug. 

Een dillema?
De finishauto wordt naar Burgum gereden en op het parkeerterrein achter restaurant “De Pleats” geparkeerd. In ijltempo rijden we naar de start. Het parkeerterrein bij het gaswinterrein, net ten noorden van Earnewâld is nog maagdelijk leeg: een DILEMMA!!! Waar parkeert Hotze zijn vehicle?? Er is immers zoveel keus. Het valt niet mee om op een leeg parkeerterrein een plaatsje te kiezen.

Na wat heen en weer geschuif vindt de auto zijn plaats en worden de tassen over de schouders gegooid en Famke aan de riem gegespt. We gaan weer “los”!

Wat er tijdens de tocht gebeurde
De eerste kilometers van de tocht van vandaag voeren ons door een prachtig natuurgebied. Dit is deel van het Nationaal Park De Alde Feanen en is stiltegebied en derhalve gedurende de periode 15 maart tot ergens in juli niet toegankelijk voor het publiek. Rondom ons zitten veel ooievaars te broeden. De nesten zitten werkelijk overal: boven in bomen, bovenop speciaal daarvoor geplaatste palen en op schuren. Zo nu en dan worden we vergast op het vrolijke geklepper van de zwart-witte steltloper. 

Als we de eerste bosschages uitwandelen komen we in een open gebied met uitgestrekte rietvelden. Een rietsnijder is in de verte bezig rietschoven te maken. Met een speciale machine snijdt hij de onderkanten van de schoven eraf. Dit restmateriaal wordt in het vuur gegooid. 
We passeren een uitzichttoren, waar natuurlijk even naar boven moet worden geklommen. Het hondje blijft beneden. Ze heeft een hekel aan ‘open’ traptreden.  
Gakkende ganzen
Gakkende ganzen
Rondom ons gonst het van vogelgeluiden, waarbij het gakken van ganzen de boventoon voert. Ten tijde van de natte vervening van dit gebied zijn er, door het uitbaggeren van het veen, veel grote petgaten ontstaan die worden bezet door duizenden ganzen, in diverse soorten, die vanuit het hoge noorden naar hier zijn getrokken om te overwinteren. Het wordt zo zoetjes aan tijd dat ze weer naar het noorden trekken. 

Na een flinke poos door het veengebied te hebben gelopen krijgen we weer asfalt onder onze voeten en gaat het richting Garijp. Net voordat we de N31 kruisen zien we een bankje met tafel staan: tijd voor koffie dus. 
Via het “Mounehoek-tunneltje” raken we aan de oostkant van de N31 oftewel de Wâldwei. Via allerlei kleine weggetjes lopen we verder. We wandelen langs de woning van de “boargemaster fan Sumarreheide” Doede Veeman. Hoewel het huis, aan het eind van een doodlopende reed, iets van de route staat. 
Is het nou "hooimeid", of "hooimijt"????
In het gehucht Sumarreheide zelf drinken we onze thee in een soort hooimijt waarin een bankje staat. Als het had geregend hadden we hier mooi kunnen vertoeven. Maar ja….., dat kunnen we met het zonnige en droge weer van dit moment ook wel.

Via kleine weggetjes en smalle paadjes komen we uiteindelijk in Sumar uit. We wandelen door het dorp en nemen even tijd om het fraaie, edoch ingewikkelde beeld aan de noordkant van het dorp te bewonderen. Het is dan nog een dikke kilometer naar de finish van vandaag. Via de “Burgumerdaam-brug” steken we het PM-kanaal over. Omdat vanwege de fotografie onderweg het peloton uitelkaar is geraakt wordt bij het gemeentehuis van Tytjerksteradiel even een korte pauze ingelast. Het valt ons nu pas op hoeveel verkeer er is. Het is druk op de weg.
Burgumerdaam
Koffie met/of zonder gebak
Als we bij de finish-auto arriveren besluiten we om in “De Pleats” nog een kopje koffie te drinken. Koffie wordt besteld en vier van de vijf wandelaars nemen er nog iets lekkers bij. De koffie wordt vrij snel geserveerd, maar het gebak laat enigszins op zich wachten. Dan oppert Tineke dat ze het eigenlijk niet vind kunnen dat het gebak nog niet is gebracht; de koffie is immers al op. Hein wijst zijn moeder erop dat zij, als enige die geen gebak heeft besteld, als enige reageert op het verlate gebak. Gelukkig hebben we de lach op onze hand.
De lekkere smaak van het gebak/de taart/de koek doet ons het wachten erop snel vergeten.
Op weg naar huis pikken we ‘en passant’ de startauto nog op.

Heb je zin om onze foto’s van het Noardlike Fryske Wâldenpaad te bekijken? Klik dan op deze LINK

Vertrek Grou: 12:00 uur
Start wandeltocht: 13:00uur
Finish wandeltocht: 16:00 uur