Afstand: 17 kilometer
Terrein: Verharde, geasfalteerde wegen en paden. Het laatste
stuk van Piers Hiem tot aan de finish gaat over een polderdijk langs de Nije
Feart.
Het weer: Onbewolkt met ongeveer 18 graden.
Wat er tijdens de tocht gebeurde
We parkeren de auto op de oude uitvalsweg van Nes. De zon
schijnt uitbundig en zal ons de hele dag blijven verwarmen. De wind zorgt voor
enige afkoeling.
Wandelen langs de meanderende rivier de Boarn |
De tocht gaat langs de oude meanderende rivier de Boarn. In
Aldeboarn zijn we het spoor bijster. Waarschijnlijk hebben we een bordje
gemist, maar het gaat even niet zoals we willen. Jan loopt het pad een stukje
terug om te kijken of we inderdaad wat hebben gemist, maar niets lijkt daarop.
We pakken de route weer op zoals die op beide GPS-en wordt aangegeven. Voordeeltje
van de verwarring is dat we kort even bij de grote kerk kunnen blijven staan
kijken. Hij staat scheef, constateren we. Ooit wilde men in Aldeboarn de
hoogste toren van Fryslân bouwen, maar omdat de toren tijdens de bouw al scheef
kwam te staan heeft men er letterlijk en figuurlijk maar een punt aan gemaakt.
Over de bouw van de kerktoren doet de volgende anekdote de ronde. De Boonsters wilden de hoogste toren van Friesland hebben en dat betekende dat hun toren hoger moest worden dan de toren van Tzum. Daarom reisden twee mannen naar Tzum om te bepalen hoe hoog die toren precies was. Ze beklommen de toren en maten de hoogte met een touw. Daarna bleven ze in de plaatselijke herberg overnachten. Terwijl ze sliepen sneed de waardin een flink stuk van het touw af. En toen de toeren van Oldeboorn in 1737 voltooid was bleek hij met 47 toch lager te zijn dan de 72 meter hoge toren van Tzum. De inwoners van Oldeboorn worden sindsdien “tuorkemjitters” (torenmeters) genoemd.
De scheve toren van.....? Aldboarn |
“In 689 versloeg de Frankische hofmeier Pippijn II, de
overgrootvader van Karel de Grote, de legers van de Friese koning Radboud bij
Dorestad (nabij het huidige Wijk bij Duurstede), centrum van de
vroegmiddeleeuwse Friese handel. ‘Fresia citerior’, het deel ten zuiden van de
Oude Rijn, kwam toen bij het Frankische Rijk. Pippijns enige wettige zoon
trouwde met een dochter van Radboud. Door het winnen van de slag op en bij de
Boorne in 734 veroverden de Franken, onder leiding van Karel Martel,
bastaardzoon van Pippijn, eveneens het noordelijke deel van Friesland, tot aan
de Lauwers. De Boorne (Middelzee) was de grensrivier tussen Westergo en
Oostergo in het Friesland tussen Vlie en Lauwers. “
Aldboarn |
Iets verderop slaan we linksaf en steken de doorgaande weg
over richting de gehuchten Warniahuizen en Poppenhuizen. Hier heeft ooit een belangrijke stins gestaan,
maar die is een paar honderd jaar geleden gesloopt. Op dezelfde plaats is in
het jaar 1528 de Gauma State er gebouwd. Dit is thans een boerderij.
Het is inmiddels lekker opgewarmd. In de luwte van de
boerderijen is het al best warm te noemen. Langs een oprijlaan naar een
boerderij is een boer met een tractor de bermen aan het maaien. Dit doet hij
met een oude tractor met een balkmaaier. De heren blijven even staan kijken. Op
deze manier grasmaaien mag dan misschien “oubollig” worden genoemd, het is
vermakelijk om te zien hoe het lange gras netjes kort wordt geknipt.
De beide dames zijn doorgewandeld en hebben een flinke
voorsprong genomen. Verderop staan onmetelijke stallen waar per dag honderden
koeien worden gemolken. De weilanden er omheen zijn gemaaid en het gras/hooi
wordt nog eens opgeschud. De hooischudder is dermate breed dat de boer maar een
paar keer het land op en neer hoeft te rijden om al het gras te bewerken.
Bij “Piers Hiem” houden de dames halt. Ze willen er gebruik
gaan maken van het toilet. Het is prachtig weer, al staat er wel een beetje
wind. We besluiten om op het terras een witbiertje te gaan drinken. We hebben
nog thee in de thermoflessen, maar dan drinken we dat later wel. Een glazen
scherm houdt ons enigszins uit de wind. Het bier smaakt voortreffelijk.
Maar we moeten verder. We hebben nog ongeveer 5 kilometers
af te leggen. We wandelen een stukje in de richting van Aldboarn waarna we
links afslaan. Na 200 meter, bij een klaphekje, wandelen we een zomerdijk op.
Het gras is lang en er lopen schapen te grazen.
Langs het “Nijdjip”
lopen we richting Ulesprong. Hier komen het Nijdjip en de Heafeart bij
elkaar en gaan gezamenlijk verder als "Nije Feart". En ondanks dat het al laat in het seizoen is, vaart er toch nog een
zeilbootje.
Bij de het veerpontje bij over de Nije Feart nemen we even
tijd om de thee, die al 15 kilometer is meegesjouwd, op te drinken. We zijn
bijna bij de finish van vandaag. We kunnen de auto bijna zien staan.
"Jeltsje" |
Het pontje is in de zestiger jaren van de vorige eeuw uit de
vaart genomen toen de school in Ulesprong haar deuren sloot. Pas in 2003 is het
nieuwe pontje weer in de vaart gebracht. Het “zelfbedien”-bootje is gedoopt met
de naam “Jeltsje”, naar de vroegere bewoonster (mevrouw Dijkstra) van de
nabijgelegen (thans wiekenloze) molen.
Na de thee maken we de etappe van vandaag af en na ongeveer
400 meter staan we bij de finishauto. Op de terugweg pikken we de startauto in
Nes op en rijden naar huis. Het was een prachtige zonnige wandeldag.
Vertrek uit Grou: 11:00 uur
Start Wandeltocht: 11:40 uur
Finish wandeltocht: 16:10 uur